Het Kooikerhondje

Algemene typering
Het Kooikerhondje is van huis uit een werkhondje, assistent van de kooibaas, bewaker van het huis en erf, verdelger van muizen, mollen en ratten.
Het is een lief, vrolijk en pittig hondje, attent en intelligent, dat in hoge mate bereid is voor de baas te werken. In huis vertoont het kooikerhondje een groot aanpassingsvermogen, op zijn tijd rustig en bescheiden, dan weer speels en bruisend van levenslust. Hij is goed waaks, maar slaat alleen aan als er reden voor is. In vrije beweging buiten (onaangelijnd) heeft hij een hoog bewegingstempo, lichtvoetig met een permanent wuivende staart. Hij is gevoelig voor lawaai en harde woorden. Het is geen allemansvriend. Hij is aanvankelijk terughoudend tegenover vreemden, kinderen en andere honden. Afhankelijk van het temperament zal hij vluchten of grauwen als hij zich onzeker voelt. Heeft hij iemand geaccepteerd dan is er een vriendschap voor het leven gesloten.

 

beschrijvingplaatje1

 

Enkele raspunten
Schofthoogte: 35 tot 40 cm. Middelmatig lange, goed aansluitende beharing. Kleur: wit met oranjerode platen. Amandelvormige donkerbruine ogen met een vriendelijke uitdrukking. De oren, die lang behaard zijn, worden tegen de wangen gedragen, zwarte haarpunten (oorbellen) zijn gewenst. Bevederde staart met een witte pluim. Karakter: vrolijk, maar niet te luidruchtig, zeer op zijn beweging gesteld, vriendelijk, goedaardig en attent.

 

Vacht
De vacht hoeft niet getrimd te worden, kan goed tegen vocht en houdt weinig vuil vast. Het onderhoud is gemakkelijk, wekelijks borstelen met een goede haarborstel houd de vacht in prima conditie.

 

Voeding
Sobere voeding van goede kwaliteit, zorgt voor een slanke gespierde hond, die graag en gemakkelijk beweegt. Afhankelijk van het geslacht en de grootte zal een kooikerhondje niet meer mogen wegen dan 9 – 15 kilo.

 

Teef of reu
Een kooikerreutje is veelal groter dan een teefje. Qua karakter ontlopen beide geslachten elkaar niet veel. Uiteraard heeft u bij een teefje te maken met optredende loopsheden. Het kooikerhondje is permanent verharend, maar een teefje verhaart nog wat meer dan een reu. Een reu is veelal wat standvastiger qua karakter, maar heeft soms wat meer dan teefjes de neiging om de baas in huis te willen worden. Dit is met een consequente aanpak echter prima op te vangen.

 

Beweging
Een kooikerhondje is een werkhondje. Dat houdt in dat hij veel beweging nodig heeft. Een hond die te veel thuis zit en niet verder komt dan de eigen tuin, al is die nog zo groot, wordt geestelijk en lichamelijk tekort gedaan. Hij krijgt te weinig gelegenheid zijn spieren te gebruiken, initiatieven te nemen en geurindrukken op te doen. Een kooikerhondje leeft gemiddeld 10 tot 14 jaar. Tijdens deze periode is de eigenaar verantwoordelijk voor een hondswaardig bestaan.

 

Leren en spelen
De eigenaar moet de intelligentie van het hondje, zijn opmerkzaamheid, zijn werklust en de sterke band met de baas uitbuiten, door veel met de hond bezig te zijn. Kunstjes leren in huis, zoek- en apporteerspelletjes doen in de tuin of tijdens een wandeling. Spelletjes prikkelen de nieuwsgierigheid van de hond en zijn leervermogen en bevestigen de band tussen baas en hond.

 

0106g

 

Baas
Voor pup, puber en volwassen hond moet de rangorde duidelijk zijn, de baas is de baas, dus de roedelleider of alpha-hond.  Alleen onder die voorwaarde voelt de pup zich veilig, zal een dier in zijn pubertijd leren “inbinden” en kent de volwassen hond zijn plaats in de roedel (het gezin). Het gevoelige, intelligente kooikerhondje heeft meestal geen harde stem of hand nodig, maar wel een heel consequente aanpak en besliste leiding, waardoor het natuurlijk overwicht van de baas over de hond duidelijk wordt. De hond zal dit overwicht graag aanvaarden en dat voorkomt dat de jonge of volwassen hond zelf regelend, en dat is met de bek gaat optreden. Zonder leiding van de baas zou het kooikerhondje zeer dominant kunnen worden. Zo’n regelkees is meestal een reu, maar er zijn ook regelende “mientjes”.

 

Socialisatie
De sociale aanpassing begint al met drie weken in het nest, de periode van zes tot ongeveer zestien weken is de belangrijkste voor de sociale ontwikkeling van de hond. Het is ook de periode waarin hij het snelst iets leert (inprentingsfase). Voor het wat éénkennige kooikerhondje is een goede socialisatie van levensbelang. Een hond die zich veilig voelt en zelfvertrouwen heeft, is een hond die je kunt vertrouwen. Daarom moeten fokker en de nieuwe eigenaar gezamenlijk werken om het hondje te laten wennen aan de menselijke samenleving met de vele facetten. Zorg voor plezierige contacten met kinderen, volwassenen, honden en andere dieren. Laat hem wennen aan huis-, tuin-, keuken-, straat- en andere geluiden. Betrek de pup bij de begroeting van gasten, haal kinderen en bevriende honden in huis of neem de pup mee naar plaatsen waar die te vinden zijn. Neem de pup niet in bescherming als hij angstig is of vluchtgedrag vertoont, maar laat als “roedelleider” zien dat er niets aan de hand is. Anders dan bij mensenkinderen heeft een pup slechts een jaar nodig om volwassen te worden. In dat jaar zijn fokker en eigenaar samen verantwoordelijk voor de geestelijke en lichamelijke ontwikkeling van de hond. Alle goed geïnvesteerde tijd, moeite en energie komt later met rente terug.

 

plaatje-300613

 

Opvoeding en training
Hoewel er nog steeds kooikerhondjes in de eendenkooi werken, zullen de meeste hondjes daar niet aan toe komen. In de vorm van veel spel, cursussen op gebeid van gedrag, gehoorzaamheid en behendigheid, speuren en zoeken zal “plaatsvervangend” werk gezocht moeten worden. Samen met de baas is het zijn lust en zijn leven.
Vanaf ongeveer 9 weken kunt u op puppycursussen samen aan de slag. Het is heel belangrijk dat de baas de lichaamstaal van zijn hond leert kennen, de hond leert zijn baas beter kennen en leert om te gaan met andere honden. het gezamenlijke einddoel is een vriendelijke, gehoorzame hond die overal met het gezin mee naartoe kan, omdat hij goed opgevoed is. Overigens kan de hond, als dat nodig is, ook heel goed een paar uur alleen thuis blijven. Een goede opvoeding in de eerste twee jaar zorgt ervoor dat u jaren plezier van uw hond kunt hebben.

 

geschedenisplaatje1

 

Oorsprong
Kooikerhondjes behoren tot een oud, Nederlands ras. Op schilderijen van 17e eeuwse meesters o.a. Jan Steen, komt men veelvuldig spioenachtige hondjes tegen, die veel lijken op het huidige kooikerhondje. Ook op 18e en 19e eeuwse familieportretten ziet men deze hondjes.
Mevrouw M.C.S. Baronesse van Hardenbroek van Ammerstol heeft begin jaren 40 van de vorige eeuw veel gedaan om het bijna uitgestorven ras te behouden en weer op te bouwen. In 1968 werd het ras voorlopig erkend en in 1971 kwam de officiële erkenning door de Raad van Beheer op kynologisch gebied in Nederland.

 

www.kooikerhondje.nl